Westnijlvirus
Het westnijlvirus is een virus dat de westnijlziekte veroorzaakt. Dit is een door muggen overgebrachte virusziekte en maakt vooral onder vogels zijn slachtoffers, maar kan ook zoogdieren zoals mensen en paarden besmetten. De ziekte wordt door geïnfecteerde muggen overgebracht, waaronder de West-Europese huismug en de tijgermug.

De grafische weergave op deze kaart is gebaseerd op data uit 2017.
Ziekteverschijnselen westnijlvirus
Bij 80% van de menselijke slachtoffers levert een infectie met het westnijlvirus geen symptomen op. In de overige gevallen is er vooral sprake van griepachtige verschijnselen als koorts, hoofdpijn, spierpijn, huiduitslag en vergrote lymfeklieren. Bij een heel klein percentage van minder dan 1% zijn er ernstigere gevolgen, met name hersenvliesontsteking (zowel encifalitis als meningitis). Mensen boven de 50 jaar hebben een hoger risico op deze ernstigere verschijnselen van de ziekte. De symptomen ontwikkelen zich 3 tot 14 dagen na de infectie en helaas is er geen effectieve behandeling voor.
Klachten die kunnen voorkomen zijn:
- Koorts
- Niet-etterige ontsteking van het oog
- Hoofdpijn
- Spierpijn
- Huiduitslag
- Opgezette lymfeklieren
Hoe raak je besmet?
Het virus komt voor bij trekvogels en wordt overgedragen op mensen en dieren door de beet van een mug. De muggen worden besmet doordat zij zich voeden met het bloed van besmette vogels. Mensen kunnen besmet worden via de beet van een Aedex of Culex mug. Zodra de mug vervolgens een mens of ander dier bijt, verspreidt het virus zich verder.
Het bloed van een geïnfecteerd persoon bevat onvoldoende virus om een niet-geïnfecteerde mug mee te besmetten. De kans op verspreiding door mensen, onder natuurlijke omstandigheden, is daardoor niet aanwezig en dat maakt de mens een zogenaamde ‘dead-end’ host. De overdracht van het virus van mens op mens kan wel op een andere manier plaatsvinden, bijvoorbeeld door een bloedtransfusie of orgaantransplantatie.

Voorkom besmetting met het westnijlvirus
Op dit moment is er nog geen vaccinatie tegen het virus beschikbaar. Het is daarom belangrijk om besmetting te voorkomen. Nu het westnijlvirus in Nederland is aangetroffen groeit ook het risico op toekomstige uitbraken van het virus in Nederland. De beste en meest effectieve manier om besmetting te voorkomen is door de huid te beschermen tegen muggen. Zorg ook voor goede preventiemiddelen bij reizen naar westnijlvirus risicogebieden. Muggen zijn vooral actief zodra het begint te schemeren en tussen zonsondergang en zonsopgang. Bescherming tegen muggen kan op de volgende manieren:
-
- Draag bedekkende kleding.
- Smeer onbedekte delen van de huid in met DEET.
- Slaap onder een (geïmpregneerde) klamboe.
- Vermijd plekken waar veel muggen komen, bijvoorbeeld stilstaand water.
Oorsprong van het virus
Het westnijlvirus komt oorspronkelijk uit Afrika en werd voor het eerst ontdekt in Oeganda in 1937. In de loop der jaren heeft het virus zich verder verspreid over grote delen van de wereld. Sinds het begin van de 21e eeuw komen uitbraken steeds vaker voor. Het virus heeft zich gevestigd in grote delen van Oost-Europa en landen als Spanje, Franrijk, Italië en Griekenland. Het komt ook voor in grote delen van Amerika.
Westnijlvirus in Nederland
In 2020 hebben onderzoekers hebben voor het eerst een besmette vogel in de Nederlandse provincie Utrecht aangetroffen. Dit meldde het RIVM* op woensdag 16 september 2020. Hetzelfde vogeltje, een grasmus, werd in het voorjaar ook al getest en was destijds nog niet besmet met het virus. Dat betekent dat het vogeltje in Nederland besmet is geraakt.
Vier weken later, 15 oktober 2020, werd het het westnijlvirus wederom in Nederland vastgesteld. Dit keer was een man besmet geraakt met het virus, aldus het RIVM. De man was recent niet in het buitenland geweest en hij was daarmee de eerste persoon die de ziekte heeft opgelopen in Nederland. Er zijn wel Nederlanders die het westnijlvirus eerder in het buitenland hebben opgelopen. De man is waarschijnlijk besmet geraakt door de beet van een mug.
* Bron: www.rivm.nl
Besmetting en preventie Westnijlziekte
Westnijlvirus komt vooral voor in de mediterrane regio’s, Zuid- en Oost-Europa, West-Azië, Noord-Amerika en Zuid-Afrika. Het virus verspreidt zich echter steeds verder over de wereld. De laatste jaren komen er in grotere mate uitbraken van Westnijlvirus voor.
Het is belangrijk om overdag en in de vroege avond zorgvuldig muggenwerende maatregelen te nemen in gebieden waar het westnijlvirus voorkomt.
- Draag bedekkende kleding (lange mouwen, lange broek).
- Smeer onbedekte huid in met een Anti-Insect met DEET of Citriodiol.
- Plaats horren op ramen en deuren.
- Slaap altijd onder een (geïmpregneerde) klamboe of in een muggenvrije ruimte.
Reizigers vormen een risicogroep voor het oplopen van een westnijlvirusinfectie. Zij worden geadviseerd vóór vertrek advies over de voorgenomen reis te vragen bij een reizigerskliniek of bij een behandelend arts. Meer informatie over ziekten op reis staat op de website van het Landelijk Coördinatiecentrum Reizigersadvisering.